Hier zijn we weer, nieuwe avonturen voor u neergepend. Lees en leef met ons mee of doe gerust alsof, je kiest maar, want na 2 blogs van m’n compagnon de route is het nog eens mijn toer om u op de hoogte te brengen. Spoiler alert: wij zijn nog steeds goe bezig, we zien elkaar nog altijd even graag (of zelfs liever) en de poolcirkel is in zicht. Zo gaat het goed, zo gaat het beter, alweer een paar honderd kilometer.
Keer ne keer were
Het noorderlicht, de middernachtzon, rendieren, het land van de Sami… De poolcirkel spreekt tot de verbeelding en weet ook ons te lokken. Het parcours daarheen leidt vanaf de zeven zusters richting een nacht onder een brug zonder rantsoen. ‘t Is blijkbaar zondag, zagen we niet aankomen, want de dagen van de week zijn voor ons zo stilaan een abstract concept. Niets aan te doen, we overleven het wel. Bijtanken op een camping en vervolgens Mo i Rana voorbij waar ons wandelplezier een nieuwe dimensie bereikt. Hangbrugjes, padjes van houten planken, een oude boerderij die is omgetoverd in een rustplaats en een waterval doorheen het groene berglandschap. Kortom alles wat je kan bestempelen als idyllisch en pittoresk, is aanwezig.
En dan is het zo ver, daar ergens in de verte op de eindeloze baan rechtdoor zien we het al opdoemen: de poolcirkel. Sinds Culemborg 63 dagen onderweg, bijna uitsluitend noordwaarts om uiteindelijk deze mythische grens te bereiken. Zou de lucht er plots anders aanvoelen? Zou de zon er een tikkeltje feller schijnen? Zouden er vliegende rendieren een bebaarde man met bolle buik voorttrekken? Uiteraard niet, wat ze er wel hebben: een souvenir shop en zo’n educatieve film.
Overnachten op een grote parking aan het ‘Arctic Circle Center’ om de volgende dag echt op verkenning te gaan. De stilte klinkt oorverdovend, verder dan het toeristisch centrum geraken de vele bezoekers hier duidelijk niet. Licht glooiend landschap met uitgestrekte boomloze vlaktes verwelkomt ons en vormt de thuisbasis voor de grijs-wit-bruine rendieren. Een ware parade wordt voor ons tentoongespreid. Het ene duo wisselt het andere trio of kwartet af. Allen even gracieus en sierlijk huppelend en voorzien van gewei, want ook de vrouwtjes hebben een gewei bij de rendieren, een gratis wist-je-datje. Eéntje springt er toch echt wel uit, we dopen hem om tot Mister Big. Met deze joekel wil je duidelijk geen ambras maken, dus toch maar wat afstand houden.
12 points go toooo… Sweden!
Na een verkwikkende nachtrust is het tijd om de poolcirkel achter te laten en onze neuzen naar het zuiden te richten. Een vaarwel is dit niet, eerder een tot ziens. Een nieuwe mijlpaal kondigt zich aan: we verlaten Noorwegen, het land dat ons hart heeft veroverd, het dermate beroerd heeft dat alles wat volgt tegen deze onmogelijke maatstaven zal worden afgewogen. Wij beginnen alvast wat Noors te leren, je weet nooit waarvoor het kan dienen…
Scandinavië is meer dan Noorwegen alleen, wij rijden het Eurovisiesongland bij uitstek binnen: Zweden. Het begin is eigenlijk een verderzetting van onze Noorse droom: wandelen tot aan de bomengrens, koffieboonachtige uitwerpselen en hoefafdrukken op ons pad waardoor het rendieralarm weer op rood staat. Op de bergflanken voor, rechts en links van ons duiken tal van individuen en kleine groepjes op. Ze lijken zich niet direct iets aan te trekken van onze aanwezigheid en blijven lekker languit liggen op hun rots in het zonnetje, gelijk hebben ze. Naarmate we dichterbij komen toch wat opschudding: een mannetje roept zijn troepen bij elkaar en stuurt zijn kudde naar veiliger oorden, ver weg van die vervelende mensen. Ook een kalfje dat om z’n moeder roept en wij die pal tussen beiden in staan, zorgt voor een adrenalinestoot. Goed begonnen is half gewonnen, doe zo voort Zweden!
Op het randje
We cirkelen dezer dagen rond de Zweeds-Noorse grens. Dagen waarin ons leven hetzelfde stramien kent: opstaan met een duolingo les Noors, omtrent 11u onze wandelbenen aanzetten met het idee om 2 uurtjes te stappen, lunch meenemen lijkt bijgevolg overbodig, die 2 uurtjes monden uit in een stuk of 4 en tegen het eind van onze tocht val ik bijna flauw van de honger. Wat we ervoor terugkrijgen, overtreft echter ruimschoots onze geleverde inspanningen: een snelstromende rivier die via imposante rotsformaties overgaat in een waterval, een helderblauw meer ingebed in besneeuwde bergtoppen, bosbessenwalhalla’s en een doorbrekende zon die overal de nodige accenten en uitroeptekens bij plaatst. Dat heet dan gelukkig zijn.
Nog een laatste keer grenshoppen en dan zijn we bij de rand van het grootste meer van Noorwegen aanbeland. Even inkakken, bekomen van alle impressies en energie tanken voor al wat nog komen zal. En dat vervolg, dat zal nog veel meer vonken geven, komt dat zien!
Comments