We rollen Zweden binnen en laten daarmee de zomer en Noorwegen tot het eind van onze reis definitief achter ons. De temperatuur daalt snel, net zoals het aantal uren zonlicht per dag. Bladeren kleuren oranje, geel, rood en alle kleuren daartussenin. Herfst. Mijn favoriete seizoen van de vier. De Sami, het nomadenvolk met zijn rendieren, heeft er acht. Alweer een gratis wist-je-datje. Terug naar de kern van de zaak, Jana. Deze luttele grenslijn die hoogstwaarschijnlijk weldoordacht is getekend op de kaart, zorgt niet voor drastische veranderingen in het landschap. Alleen het asfalt. Dat is godzijdank egaler én breder. Gedaan met de klamme handen, dichtgeknepen billen en ingehouden adem. Oef.
Rendieren in alle soorten en maten (ja ook gebakken)
Onder een goed dichtgepakt wolkendek tuffen we gezapig verder tot een kudde van 20 rendieren ons de weg verspert. De leider van de groep paradeert voor ons en huppelt drie keer de straat over, niet goed wetende welke van de twee groepen rendieren hij moet beschermen. Jawadedade, we kijken onze ogen uit.
Voor we arriveren op het ‘Stekkenjok’, het hoogplateau van de wildernisroute trakteren we onszelf op een pak friet met jawel, een rendierburger. Verbazen wie ik verbazen kan, maar als wekelijkse frituurtoerist in België was de nood na drie maanden dan ook torenhoog. Na dit kort, maar overheerlijk intermezzo slapen we aan de voet van de trapjeswaterval en zetten de dag nadien koers naar het rendierenwalhala genaamd ‘Stekkenjok’.
Bij een gevoelstemperatuur van -3 graden, gaan we op pad. Een goed begaanbare weg leidt ons al snel tot boven de boomgrens. De wind snijdt in ons gezicht, maar dat vergeten wel al snel wanneer de eerste rendieren opduiken. Een groepje van drie speelt onze gids en begeleidt ons langsheen de route tot over een rivier. Zo ver ons oog reikt, zien we rendieren. Op de terugweg lopen er twee opvallende exemplaren de heuvelrug op. Wow. Wat een geweien. Hun kudde loopt achter hen door, terwijl ze ons recht in de ogen kijken. We schuifelen wat naar achter om toch wat afstand te bewaren. Je weet maar nooit. Voldaan warmen we op in de camper en ‘s avonds gaat voor het eerst de verwarming aan.
Zo snel als we afdalen van het hoogplateau, zo snel stijgt ook de temperatuur. De langbewaarde wijnfles komt op tafel en we mijmeren over al wat geweest is en nog komen zal. Een duik in het ijskoude meer, douchen onder onze buitendouche, barbecueën en vooral genieten van dit knotsgekke avontuur.
Aurora time
Volledig bezeten door de kans om het noorderlicht te zien, probeer ik zoveel mogelijk informatie te vergaren. Van Kp- en Bz-scores, protonendichtheid per kubieke meter tot het downloaden van apps en me aansluiten bij een Facebook groep genaamd Norther light alert. Ja, soms gaat die bovenkamer van me wild tekeer. Het is avond 17 en misschien meteen de laatste avond waarop we kans hebben om het noorderlicht te aanschouwen. Het stemmetje in mijn hoofd roept: “nu of nooit”, waarop ik alles in de strijd gooi. Ik bestudeer wolkenradars, hoogteprofielen en Google street view beelden om te voorkomen dat bomen ons het zicht belemmeren. Plots valt de puzzel in elkaar, geef ik de coördinaten in en drukt Mats het gaspedaal in. Acht uur, de zon is onder: aurora time. We klimmen de heuvel en uitkijktoren op en zien gedurende enkele minuten groene en rode lichtbundels aan de hemel. Zo snel als ze er waren, verdwenen ze weer. Terug naar de camper en opwarmen. Poging twee volgt en ondanks de voorspellingen kijken we naar een pikzwarte hemel gevuld met wolken. Terug naar beneden en opwarmen. Lichtelijk teleurgesteld trekken we om half 12 voor de laatste keer de uitkijktoren op. Een dikke wit-groene streep trekt een duidelijke scheidingslijn van oost naar west. Ondertussen duiken er in het noorden groene en rode pilaren op in de hemel. Helemaal extatisch genieten we meer dan een uur van dit natuurwonder.
Niemandsland
Vergeet Noorwegen, Zweden en Scandinavië. We zijn in niemandsland. De toeristen zijn al lang terug naar huis en we hebben de wandelpaden voor ons alleen. Houten planken markeren de weg in dit landschap van eindeloze vergezichten. Watervallen en kleine meren duiken onverwachts op en weerkaatsen het welgekomen zonlicht. Mist valt in en beneemt ons het zicht, zelfs Mats wist bijna uit mijn klauwen te ontsnappen. We slijten onze wandelschoenen in een rap tempo af, terwijl we stilaan beseffen dat ook wij afscheid moeten nemen van dit prachtland. Zelfs Zweden treurt om ons afscheid en weent vier dagen non-stop met ons mee in de vorm van regen. Wie had dat gedacht? Dat wij zo van Scandinavië zouden houden?
Natuur en rust wordt abrupt beëindigd door McDonnaldsen, KFC’s en Burger Kings die met schreeuwerige billboards onze aandacht opeisen. Dit terwijl een geur van verrot kattenvoer vermalen met nat karton onze neusgaten binnendringt. We zijn terug in de bewoonde wereld. Drukte, fabrieken en chaos. Elementen waar we de afgelopen maanden niet mee te maken krijgen. Elk vezeltje in ons lichaam wil terug naar de rust en stilte, maar onze ferry richting Duitsland wacht helaas niet. Onder een stralende ochtendzon wuiven we Scandinavië (voor nu) uit. Tot snel Scandinavië. Of zoals wij locals zeggen: "Vi ses snart i Skandinavia."
Comentários